Better safe than sorry

De BMK vindt de conclusie van Staatssecretaris Van Ark om het maximum-uurtarief voor 2019 niet aan te passen onbevredigend. De staatssecretaris schrijft in haar Kamerbrief van 14 september dat met een macrokostenstijging van 4,9 % voldoende rekening is gehouden met de verwachte kostenstijging als gevolg van de aanscherping van de bkr. De BMK kan zich hierin niet vinden en maakt zich ernstig zorgen over de betaalbaarheid en daarmee de toegankelijkheid van kinderopvang. De BMK stelt voor better safe than sorry, en hoopt dat er nog sprake is van enige ruimte om toch een extra verhoging om de macrokostenstijging van 4,9% naar 7% te brengen.

Dit kan door een deel van de 248 miljoen die voor 2019 is uitgetrokken voor een verhoging van de kinderopvangtoeslag percentages, te gebruiken om de maximum uurprijs te verhogen. Geert de Wit (vice-voorzitter BMK): ‘We weten niet hoe hoog de uiteindelijke kosten precies zullen uitvallen, maar die 40 miljoen euro kost de overheid geen extra geld, het zit immers al in het budget. Ouders zien dan een iets minder sterke stijging van de opvangtoeslag in 2019. Maar we voorkomen dat – wanneer houders een uurtarief vragen dat hoger ligt dan de maximum uurprijs – de rekening bij ouders komt te liggen en m.n. lage inkomens zullen dit merken. Zij gaan er procentueel harder op achteruit bij een kostenstijging boven de maximum uurprijs, dan ouders die meer verdienen.’

Vast tarief per leeftijdscategorie

Ook vindt de BMK het generieke uurtarief voor 0- tot 4-jarigen bijdragen aan oneerlijke concurrentie. Een vast tarief per leeftijdscategorie zou dit tegen kunnen gaan. Geert de Wit: ‘Van Ark heeft 248 miljoen euro in het regeerakkoord meegekregen. Besteed dat verstandig, is mijn advies. En ontwikkel een toeslagsysteem, gebaseerd op leeftijd voor 0- tot 4-jarigen. Dat zou een oplossing kunnen zijn voor de oneerlijke concurrentie en het verdringingseffect dat nu ontstaat. De eenheid in uurtarieven werkt marktverstorend.’

Onderzoek Buitenhek weerspiegelt de praktijk

De BMK voorziet dat kinderopvangorganisaties in 2019 met een aanzienlijke kostenverhoging te maken krijgen die niet is meegenomen in het SEO-onderzoek dat de staatssecretaris nu als uitgangspunt neemt. Het onderzoek van Buitenhek daarentegen, geeft een reëler beeld van de praktijk. Wij vinden het onbegrijpelijk dat we deze uitkomsten van de praktijktoets van Bureau Buitenhek niet weerspiegeld zien in de kamerbrief en conclusie van Van Ark.

Ook het SEO maakt nota bene de kanttekening dat hun eigen onderzoek géén rekening houdt met zaken als verschillen tussen dagdelen en groepsopbouw waardoor kosteneffecten in de praktijk hoger kunnen uitvallen (zie de toelichting onderaan dit bericht). Dit was de aanleiding voor de BMK dit voorjaar om een door de branche bekostigd onderzoek uit te laten voeren. Daarom is in het onderzoek van Buitenhek wél rekening gehouden met al deze praktijkfactoren! De BMK vindt het daarom onbegrijpelijk dat Van Ark de praktijksituaties niet meeneemt in haar besluit rond het maximum-uurtarief.

Toegankelijkheid in het geding

De betaalbaarheid en toegankelijk van kinderopvang vormen de essentie van onze maatschappelijke visie. Het laatste wat we willen is dat kinderopvang een speelveld wordt waar ondernemers kiezen voor de meest lucratieve combinatie van groepen en locaties waardoor bepaalde groepen kinderen, wijken of regio’s buiten de boot vallen. Wij vinden dat ook ouders in dunbevolkte regio’s en in wijken met een complexe problematiek recht hebben op professionele en betaalbare kinderopvang. En het mag niet zo zijn dat babygroepen door bepaalde aanbieders niet meer aangeboden worden omdat deze relatief duur zijn. Kinderopvang heeft een toegevoegde waarde voor alle kinderen en mag niet leiden tot segregatie of winstbejag.

Onbevredigend resultaat

Wij begrijpen niet dat de staatssecretaris het maximum uurtarief voor het komende jaar niet aanpast. Vanzelfsprekend zullen we bij onze leden nagaan wat de (kosten)effecten van de invoering van de nieuwe bkr zijn. Mocht blijken dat deze inderdaad zullen stijgen zoals wij nu voorzien, dan verwachten wij dat de staatssecretaris zich zal inspannen om dit te compenseren voor houders en ouders. De BMK zal de politiek vragen om te onderzoeken wat de mogelijkheden van een apart babytarief zijn. Wij hechten aan een open uitwisseling en gesprek hierover met het ministerie en andere partijen.

Toelichting

  • Het SEO-onderzoek gaat uit van een steekproef van 2-dagdelen uit de hele week. In tegenstelling tot het onderzoek van Buitenhek dat alle 10 de dagdelen heeft onderzocht.
  • En ook zijn de door SEO berekende kosteneffecten niet gebaseerd op de daadwerkelijke groepsopbouw maar op een groepsopbouw die middels een rekenmodel is geoptimaliseerd.
  • Tenslotte is het kosteneffect afhankelijk van de leeftijdsopbouw per groep op een bepaald moment. Hierdoor hebben grotere aanbieders de mogelijkheid de lage en hoge kosteneffecten van verschillende locaties te middelen in tegenstelling tot kleinere organisaties die in sommige perioden hele hoge of hele lage kosteneffecten krijgen.
Deel dit nieuwsbericht