Wettelijke meldingsplicht infectieziekten

De discussie over het mogen weigeren van kinderen die niet ingeënt zijn door kinderopvangorganisaties wordt stevig gevoerd. Er ligt een wetsvoorstel van D66, recent was er bij een locatie in Den Haag sprake van een mazelenuitbraak en gisteren kondigde een grote organisatie aan dat zij per 1 juli kinderen gaan wegsturen die niet ingeënt zijn met de BMR-vaccinatie.

Het Rijksvaccinatieprogramma bevat 12 ernstige kinderziekten. Maar in hoeverre is bekend dat er in Nederland wel 44 infectieziekten zijn waarvoor een meldingsplicht geldt? Ook voor kinderopvanglocaties. Hieronder wat informatie op een rij:

Een locatie voor kinderopvang heeft, net als artsen, laboratoria en andere instellingen, de wettelijke plicht infectieziekten te melden bij de GGD (Gemeentelijke GezondheidsDienst) wanneer er een ongewoon aantal kinderen en medewerkers met een bepaalde ziekte in een kindercentrum komen. De meldingsplicht helpt de verspreiding van infectieziekten te voorkomen en staat beschreven in de Wet publieke gezondheid (Wpg), artikel 26. Deze stelt:

“Het hoofd van een instelling waar voor infectieziekten kwetsbare populaties verblijven of samenkomen voor een of meer dagdelen per etmaal, stelt de gemeentelijke gezondheidsdienst van de gemeente waarin de instelling gelegen is, op de hoogte van het optreden van een ongewoon aantal zieken met maag- en darmaandoeningen, geelzucht, huidaandoeningen of andere ernstige aandoeningen van vermoedelijk infectueuze aard in de desbetreffende populatie of bij het begeleidend of verzorgend personeel.”

Welke infectieziekten zijn meldingsplichtig?
Er zijn in Nederland 44 infectieziekten waarvoor de meldingsplicht geldt. Deze staan beschreven op de website van het RIVM. Deze ziekten zijn gecategoriseerd in vier groepen (A, B1, B2 en C), waarvoor vaststaat welke – al dan niet dwingende – maatregelen de GGD kan nemen om de bevolking te beschermen.

Informatiebrochure voor kinderopvang
Het LCHV (Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid, onderdeel van RIVM) biedt in een brochure uitgebreide informatie over ziektebeelden* voor kinderdagverblijven, peuterspeelzalen en buitenschoolse opvang. In deze brochure worden diverse ziektebeelden en infectieziekten beschreven en daarbij vermeld wanneer een organisatie moet melden bij de GGD en of kinderen tijdelijk geweerd moeten worden van de opvanglocatie om andere kinderen en beroepskrachten te beschermen.

Hoe sneller, hoe beter
Als er een infectieziekte voorkomt in het kindercentrum moeten er bepaalde stappen genomen worden. Hoe sneller er wordt gehandeld, hoe kleiner de kans is dat anderen ziek worden. Voor het goed en snel handelen, gelden de volgende normen:

  • Meld binnen één werkdag de meldingsplichtige infectieziekte bij de lokale GGD.
  • Meld ziektes bij:
  • Acute maag- en darmaandoeningen;
  • Geelzucht;
  • Huidaandoeningen;
  • Andere ernstige aandoeningen zoals hersenvliesontsteking of meerdere gevallen van longontsteking in korte tijd.
  • Verzamel de volgende gegevens:
  • Naam, geslacht, geboortedatum, adres;
  • De klacht, beloop en ernst;
  • Eventuele besmettingen of oorzaak.


Maatregelen GGD en melding bij Centrum Infectieziektebestrijding (CIb)
Als er melding wordt gemaakt van een infectieziekte, spoort de GGD de bron van de infectie op. Ook bekijkt de GGD of de patiënt mogelijk anderen heeft besmet. De GGD kan dan maatregelen nemen om die te beschermen en verspreiding van de ziekte te voorkomen. De GGD kan contacten van de patiënt bijvoorbeeld (laten) vaccineren of medicijnen voorschrijven.

De GGD moet infectieziekten waarvoor een meldingsplicht geldt altijd doorgeven aan het Centrum Infectieziektebestrijding (CIb). Het CIb coördineert de bestrijding van infectieziekten en gebruikt de GGD meldingen onder andere om te beoordelen of landelijke bestrijdingsmaatregelen nodig zijn en snel te kunnen reageren bij een uitbraak. Ook komt en blijft verspreiding van infectieziekten in beeld op plaatselijk en op landelijk niveau. Melden bij het CIb gebeurt anoniem, persoonlijke gegevens van patiënten worden niet landelijk bekend.

* Deze brochure van het LCHV dateert uit april 2018. Hierin staat vermeld dat ‘In Nederland meer dan 95% van de kinderen ingeënt [is].’ Inmiddels is bekend dat deze benodigde dekkingsgraad niet overal meer behaald wordt.

Deel dit nieuwsbericht