Vandaag heeft de Tweede kamer gestemd over de wetsvoorstellen Innovatie en Kwaliteit Kinderopvang en harmonisatie dagopvang- kinderopvang. Beide wetsvoorstellen zijn door de Tweede Kamer aangenomen. Met het aannemen van de deze wetten zijn belangrijke stappen gezet op weg naar nog betere kwaliteit van de kinderopvang. Voor de sector twee belangrijke nieuwe wetten, die de sector verder brengen maar ook de komende tijd grote inspanningen vragen.

 

Per 1 januari 2018 geen onderscheid dagopvang en peuterspeelzaalwerk meer
Met de inwerkingtreding van de Wet harmonisatie peuterspeelzaalwerk en kinderopvang zal er straks geen onderscheid meer zijn tussen dagopvang en peuterspeelzaalwerk. Als ook de Eerste Kamer binnenkort akkoord gaat met de Wet harmonisatie, gelden vanaf 1 januari aanstaande de kwaliteitseisen voor dagopvang ook voor het peuterspeelzaalwerk en kunnen ouders die werken, studeren of in een re-integratietraject zitten en eerder peuterspeelzaalwerk afnamen ook gebruik maken van de kinderopvangtoeslag. Wel is er een kleine slag om de arm: op basis van de motie Heerma is afgesproken dat wanneer het aankomende wetsvoorstel Directe Financiering voor 1 september wordt aangenomen, wordt de harmonisatie uitgesteld tot de invoeringsdatum van Directe Financiering. Zo wordt voorkomen dat een grote groep ouders in drie jaar tijd te maken krijgen met drie verschillende financieringssystemen. Deze motie werd opgesteld en aangenomen na een suggestie van ouderorganisatie Voor Werkende Ouders.

 

Versterking van de kwaliteit in de kinderopvang met Wet IKK
Door het aannemen van de Wet Innovatie en Kwaliteit Kinderopvang wordt de kwaliteit van de kinderopvang verder verbeterd. Al eerder schreven we over het akkoord dat branchepartijen samen met het ministerie van SZW hierover sloten. De BMK is blij dat – na veel werk van branchepartijen – de wet door de Tweede Kamer is aangenomen. Naar verwachting zal de minister in maart een Algemene Maatregel van Bestuur als voorhangprocedure naar de Tweede Kamer sturen om de maatregelen uit de Wet IKK verder te concretiseren. Daarna is het aan de kinderopvangsector om de maatregelen te implementeren. Naar verwachting wordt dit een forse inspanning voor kinderopvangorganisaties.

 

Behandelde amendementen
Bij de behandeling van de wet zijn twee amendementen ingediend. In het amendement Van het Wout wordt de evaluatie van de wet harmonisatie na vier jaar wettelijk verankerd. Het amendement waarin Ulenbelt voorstel om specifieke kwaliteit (kwaliteitseisen) die een bestuurder van kinderopvangorganisaties op te nemen in een AmvB werd niet door een meerderheid gesteund.

 

Moties
Daarnaast heeft een meerderheid van de Kamer –door middel van een reeks aangenomen moties- de regering verzocht om:

  • te monitoren wat de gevolgen zijn van de nieuwe kwaliteitseisen voor de tarieven in de kinderopvang en het gebruik van kinderopvang, en voor ouders met lage inkomens in het bijzonder (En de Kamer daar een jaar na invoering van de wet over te informeren)
  • het vier-ogenprincipe conform advies commissie-Gunning een verplicht onderdeel te maken van het veiligheidsplan en dat vast te leggen in het Besluit innovatie en kwaliteit in de kinderopvang,
  • de voortgang van de voorbereiding en implementatie door kinderdagopvang en peuterspeelzalen te monitoren en mogelijke knelpunten bij de implementatie van de wettelijke eisen vast te stellen, en de Kamer hierover in het najaar van 2017 te rapporteren;
  • bij de uitwerking van de lagere regelgeving een bedrijfseffectentoets uit te voeren
  • de Kamer over de uitvoering van deze toets te informeren, dan wel die toe te voegen aan de uitwerking van de lagere regelgeving, zowel voor de individuele lagere regelgeving als cumulatief. En bovendien duidelijk inzichtelijk te maken wat de maatregelen, individueel en cumulatief, betekenen voor de kosten die ouders maken.
  • te monitoren wat de gevolgen zijn voor de kostprijs van kinderopvang als gevolg van de IKK-maatregelen voor ouders.
Deel dit nieuwsbericht