De wijze van toezicht door de GGD op de noodopvang voor kinderopvang en gastouderopvang is rond.
Download hier het ‘Perspectief vanuit Toezicht’
Uit deze ‘wijze van toezicht’ wordt niet echt duidelijk wanneer kinderen c.q. pedagogisch medewerkers thuis moeten blijven. Dit hebben we teruggekoppeld aan GGD/GHOR. De richtlijn die wij voorstellen te hanteren zijn gebaseerd op richtlijnen van het RIVM en de ‘leefregels’ van het RIVM , en de Rijksoverheid:
Voor kinderen geldt:
Heb je verkoudheidsklachten? Blijf dan thuis en ziek uit.
Heb je verkoudheidsklachten en koorts (boven 38 graden Celsius) en/of benauwdheid dan moet iedereen in het huis thuisblijven (dus broertjes en zusjes ook niet naar de opvang).
Voor PM’ers geldt (een ‘cruciale beroepsgroep’):
Heb je verkoudheidsklachten én heb je koorts blijf dan thuis.
GGD-GHOR Nederland heeft een nieuw document opgesteld over het toezicht op de noodopvang voor de kinderopvang inclusief de gastouderopvang. Onderstaand een samenvatting van de belangrijkste regels.
Algemeen
De GGD’en wordt geadviseerd tijdelijk geen regulier toezicht uit te voeren. Binnenkomende signalen kunnen wel aanleiding zijn om alsnsog een onderzoek uit te voeren. Tijdens de Coronacrisis zal de GGD de werkwijze ‘vinger aan de pols’ hanteren. Dat betekent dat de toezichthouder actief belt naar een (nood)voorziening om u als houder van deze voorziening te bevragen over de wijze waarop de noodopvang is georganiseerd. De toezichthouder maakt van zijn bevindingen van ‘vinger aan de pols’ geen rapport op. De toezichthouder zal beoordelen of in de gegeven omstandigheden sprake is van verantwoorde kinderopvang. Het belang van het kind staat daarbij altijd voorop. De emotionele veiligheid, de fysieke veiligheid en de gezondheid van de opgevangen kinderen moet voldoende gewaarborgd zijn.
Gastouderopvang
Het aantal op te vangen kinderen door een gastouder blijft gedurende deze maatregel onveranderd. In verband met de veiligheid is het niet verantwoord om het maximaal aantal kinderen in deze groep uit te breiden.
Als het een oplossing is om de noodopvang op een andere locatie uit te voeren, dan kan dit. Vervanging bij noodopvang mag alleen bij een al geregistreerde voorziening voor gastouderopvang. Deze vervangende gastouder wordt bij voorkeur bemiddeld en begeleid door hetzelfde gastouderbureau. Het gastouderbureau moet van de vervanging op de hoogte zijn.
Het bemiddelende gastouderbureau blijft zijn taken vervullen. De verplichte gezamenlijke risico-inventarisatie kan mogelijk op een alternatieve manier worden opgesteld.
Kindercentrum
Een afwijking van de BKR die zijn grond vindt in personeelstekort door deze uitzonderlijke situatie mag niet meer dan 25% zijn. Dat betekent bijvoorbeeld dat voor 0-1 jarigen de BKR van 1:3 naar maximaal 1:4 mag worden opgerekt. Voor de leeftijd 4-7 jaar betekent het dat 1:10 naar 1:13 gaat. Er mag alleen gekwalificeerd personeel worden ingezet.
De noodopvang wordt zoveel mogelijk op de gebruikelijke opvanglocatie uitgevoerd. In overleg met de gemeente kan de opvang ook plaatsvinden op een locatie die niet in het contract met de ouders vermeld is of een andere kinderopvangorganisatie. Ouders moeten hierover geïnformeerd zijn.
Voor de noodopvang gelden wat betreft de groepsgrootte de eisen uit de Wet Kinderoopvang. Volg zoveel mogelijk de richtlijnen van het RIVM voor sociaal contact en het bewaren van afstand (1,5 meter). Het is daarom in de noodopvang belangrijk de groepen zo klein mogelijk te houden. Van belang is dat ook tussen de slaapplekken van kinderen een afstand van 1,5 meter aangehouden wordt. De eisen met betrekking tot het aantal vierrkante meters aan binnen- en buitenspeelruimte zijn ongewijzigd. Er mogen niet meer kinderen aanwezig zijn dan het aantal in het LRK geregistreerde kindplaatsen.
Naast het borgen van emotionele veiligheid is het cruciaal dat kinderen ook in een veilige en gezonde omgeving worden opgevangen. Belangrijk is dat u heeft nagedacht over de risico’s ten tijde van deze uitzonderlijke opvangsituatie en dat daar in de praktijk naar wordt gehandeld.
Ook voor de opvanglocatie geldt de regel dat je bij lichte ziekteverschijnselen thuisblijft. Dit geldt voor kinderen én volwassenen. Daarbij geldt ook de nieuwe maatregel dat wanneer één van de gezinsleden koorts of benauwdheidsklachten heeft, het hele gezin thuisblijft.
24-uurs noodopvang
24-uurs opvang kan zowel bij een kindercentrum als bij een gastouder plaatsvinden. Deze opvang vraagt in het kader van de (emotionele) veiligheid en de gezondheid van de kinderen extra aandacht. Denk daarbij aan het vier-ogenprincipe en veilig slapen.