Op 12 september gaf minister Hugo de Jonge (VWS) het startsein voor het actieprogramma Kansrijke Start. Dit programma wordt gesteund door gemeenten, partijen uit de geboortezorg en de jeugdgezondheidszorg. Reden: Per jaar lopen 800-1700 baby’s het risico later uit huis te worden geplaatst omdat zij in zeer kwetsbare gezinnen opgroeien.
Een belangrijk actiepunt van het programma is een wetswijziging waarmee de jeugdgezondheidszorg al voor de geboorte van het kind kwetsbare ouders kan ondersteunen en begeleiden. Als professionals rondom de geboortezorg en babyzorg beter met elkaar samenwerken, kan er veel verbeterd worden.
Vanzelfsprekend vindt de BMK dit een waardevol initiatief. Wat wij betreuren is dat het programma zich richt op gemeenten, JGZ, wijkteams, huisartsen, verloskundigen, kraamzorg-medewerkers en gynaecologen maar dat de kinderopvang opnieuw niet als partner is uitgenodigd te participeren in dit actieprogramma.
Nog maar een week geleden schreven we dat landelijke partijen onderwijs, zorg en jeugd preventief gaan samenwerken in een nieuwe coalitie met Onderwijs, Zorg en Jeugd. Doel van deze coalitie is de inzet voor de optimale en ononderbroken ontwikkeling van ieder kind onder begeleiding van kwartiermaker René Peeters aangesteld. Ook in dit initiatief was de kinderopvang niet betrokken. Zoals Ton Leeggangers in zijn oproep terecht schreef ”alsof kinderen zich pas vanaf 6 jaar gaan ontwikkelen”.
